Op 7 juli 2023 keurde de Vlaamse regering de minimale energienorm voor woningen goed. De energienorm zal in werking treden op 1 januari 2030. Concreet betekent dit dat woningen een minimaal EPC-label zullen moet halen om nog verhuurd te mogen worden. Welke werken je uitvoert om het opgelegde EPC-label behaalt, daar ben je als verhuurder vrij in. Zolang je maar het voorgeschreven EPC-label behaalt.



Welk label moet je behalen?

Halfopen en vrijstaande woningen: energielabel E of beter

Een vrijstaande of halfopen woning met label F kan vanaf 2030 geen conformiteitsattest meer halen, kan ongeschikt verklaard worden en het verhuren ervan is strafbaar. Vanaf 2035 wordt label D verplicht en vanaf 2040 label C.

Rijwoningen en appartementen: energielabel D of beter

Een rijwoning of appartement met label E of F kan vanaf 2030 geen conformiteitsattest meer halen, ongeschikt verklaard worden en het verhuren ervan is strafbaar. Vanaf 2035 wordt label C verplicht.

Appartementsgebouwen: gebouwlabel

Vanaf 2030 zullen appartementsgebouwen wellicht ook een minimaal gebouwlabel (voor het hele gebouw en dus niet per appartement) moeten kunnen voorleggen. Hierover is er momenteel nog geen duidelijkheid. 

Wat bij inbreuken?

Een inbreuk op de energienorm zal een gebrek categorie II vormen in de technische verslagen. Concreet betekent dit dat de woning ongeschikt verklaard kan worden. Als je als eigenaar geen initiatief neemt om je in regel te stellen, dan zal de burgemeester de ongeschiktheid uitspreken. Als de woning niet voldoet bij aanvang van de huur moet de vrederechter het huurcontract dan nietig verklaren. De huurder moet de woning verlaten en als verhuurder moet je het ontvangen huurgeld terugstorten.

Welke financiële steun kan je krijgen?

Er wordt voorzien in financiële steun voor verhuurders om energiebesparende investeringen te doen en begeleiding bij renovatietrajecten. Zo wil de overheid verhuurders aansporen om de woningkwaliteit en energiezuinigheid te verbeteren. 

Mijn VerbouwLening

Sinds 1 september 2022 kunnen eigenaars van een woning tot 60.000 euro renteloos lenen als hun inkomen onder een bepaalde drempel valt. Verhuurders komen ook in aanmerking voor die lening. Voor hen geldt geen inkomensgrens, maar er zijn wel een aantal voorwaarden aan verbonden. Ofwel moet je verhuren via een sociaal verhuurkantoor, ofwel verhuur je op de private huurmarkt, maar dan mag de maandelijkse huurprijs niet boven 900 euro liggen. Hiertegenover staat wel dat je als verhuurder gedurende een bepaalde tijd een maandelijkse korting moet toestaan op de huurprijs. Dit om het tekort aan betaalbare huurwoningen op te vangen.

Ook verenigingen van mede-eigenaars (VME) in appartementsgebouwen komen in aanmerking voor de Mijn VerbouwLening. Dit voor renovaties aan de gemeenschappelijke delen die zowel de woonkwaliteit als de energieprestatie moeten verbeteren. Een VME kan beroep doen op de Mijn VerbouwLening met een looptijd tot 25 jaar en met leenbedragen tot 60.000 euro voor het gebouw, aangevuld met 25.000 euro per appartement. De VME is verplicht om een kredietverzekering af te sluiten om de Mijn VerbouwLening te bekomen. 

Mijn VerbouwPremie

Dit is een tegemoetkoming voor isolatie- en energiebesparende werken. Verhuur je via een sociaal verhuurkantoor, dan kom je altijd in aanmerking voor de hoogste premiebedragen voor alle categorieën van werken, ongeacht je aankomen. Ben je verhuurder op private huurmarkt, dan zit je in de doelgroep met de forfaitaire premiebedragen. Deze tegemoetkoming ligt lager en is een vast bedrag per vierkante meter.